De onderstaande brief is namens onze organisatie op 16-03-2013 verzonden aan Zijne Heiligheid, Paus Franciscus.________________________________________________________________________________________________ Heilige Vader,
Graag wil ik hierbij als directeur van het Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) én als privépersoon U, Heilige Vader van ganser harte feliciteren met uw uitverkiezing tot Paus op woensdag, 13 maart jl. Uiteraard sluit ook mijn collega, de heer mr. F. (Fred) J. IJspeerd zich volledig bij deze goede wensen aan. Ook wil ik u mijn welgemeende complimenten betuigen voor uw keuze voor de naam van Franciscus. Zowel de Heilige Franciscus van Assisi als de Heilige Franciscus Valerius hebben immers bijzonder veel betekend voor onze Heilige Moederkerk.
Uw respectvolle woorden op woensdag, 13 maart jl. – direct na uw uitverkiezing tot onze Paus – op het balkon van de Sint Pieterskerk in Rome naar uw voorganger, Paus Benedictus XVI heeft ons diep ontroerd. Ook uw verzoek aan het toegestroomde publiek op het Sint Pietersplein om voor U als onze nieuwe Rooms-Katholieke geestelijk leider te bidden vóórdat u God om diens Zegen voor het volk van Rome en de gehele wereld gaat bidden was bijzonder aangrijpend. Vanwege mijn grote liefde voor o.a. de Italiaanse Rooms-Katholieke geschiedenis doet het mij bijzonder veel genoegen dat u naast Argentijns ook Italiaans bloed in uw aderen heeft vloeien. Het Italiaanse volk zal u hier namelijk alleen maar des te meer om lief gaan hebben. Het was treffend dat u opriep voor veel evangelisatie over de gehele wereld en dat uw gedachten uitgingen naar alle “mensen van goede wil”. Daarnaast sprak het mijn collega en mijzelf bijzonder aan dat uw hart en uw zorg naar de armen in onze samenleving uitgaat en dat eenvoud en soberheid bij u voorop staat. Het is dan ook hartverwarmend om te weten dat u tijdens het dictatoriale regime van President Videla van Argentinië het op bleef nemen voor de allerarmsten in uw samenleving en dat u niet in een bisschoppelijk paleis, maar in een gewoon huis te midden van het Argentijnse volk bleef wonen.
Vanuit onze stichting Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) vinden wij het belangrijk dat u als hooggeplaatst Rooms-Katholiek geestelijk leider in Argentinië op de hoogte bent geweest van de dictatuur van het Videla-regime en dat u dus weet wat angst en terreur onder de bevolking kan betekenen. Ook de vader van uw toenmalige Argentijnse landgenote en onze toekomstige koningin Máxima bekleedde een belangrijke functie onder dit regime. Hij was immers Minister van Landbouw onder Videla. Daar kon onze mooie, intelligente, charmante, lieftallige toekomstige Rooms-Katholieke koningin uiteraard niets aan doen, maar zij werd tijdens haar verlovingsperiode en haar huwelijk met onze toekomstige koning Willem Alexander hier wél op een afschuwelijke manier mee geconfronteerd. Iets wat voor haar als dochter toch intens pijnlijk moet zijn geweest. Nog afschuwelijker moet het echter voor de zogenaamde “Dwaze Moeders” van Argentinië zijn geweest om tot op de dag van vandaag niet te weten wat er tijdens deze periode van dictatuur in uw land van herkomst Argentinië met hun kinderen is gebeurd. Tijdens dit regime – U zult dit ongetwijfeld weten – werden tegenstanders van dit regime hoog boven de zee uit het vliegtuig gegooid om vervolgens een jammerlijke dood te sterven. In Nederland hebben wij de Tweede Wereldoorlog gehad. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn er in totaal zes miljoen Joden omgebracht. Ook veel Amsterdamse Joden zijn toen door o.a. Nederlandse Politieagenten opgepakt en afgevoerd naar de concentratiekampen. De Nederlandse Politie stond tijdens de Tweede Wereldoorlog onder bevel van de SS en de SA en heeft dus een belangrijk aandeel geleverd in de Nederlandse Jodenvervolging. Het is afschuwelijk dat dit onze Joodse medeburgers is overkomen. Ik denk dat o.a. de zogenaamde “Dwaze Moeders” van Argentinië exact zullen begrijpen wat onze Joodse medeburgers tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben meegemaakt. Net zoals onze toekomstige koningin Máxima tijdens haar huwelijk met onze toekomstige koning Willem Alexander huilde, omdat zij tijdens deze huwelijksplechtigheid haar vader miste, zo zullen deze zogenaamde “Dwaze Moeders” in Argentinië – zo denk ik – nog steeds dagelijks hun verdriet intens en schrijnend voelen vanwege het gemis van hun – o, zo dierbare – kinderen. Was immers de Heilige Maagd Maria niet overmand door smart toen zij met haar eigen ogen moest aanschouwen hoe haar eigen zoon Jezus Christus werd gekruisigd?
Zelf heb ik er dan ook bijzonder veel respect voor dat uw voorgangers, Hunne Heiligheden, Paus Johannes Paulus II en Benedictus XVI het concentratiekamp Auschwitz hebben bezocht om de zes miljoen Joden te herdenken, die tijdens het Naziregime zijn omgebracht. Uw beide voorgangers hebben hiermee een belangrijk signaal afgegeven tegen fascisme en antisemitisme. Op aandringen van de Duitse bisschoppen besloot een andere voorganger van U, Paus Pius XI in 1936 aan Eugenio Pacelli, de latere Paus Pius XII de opdracht te geven een encycliek op te stellen, waarin de situatie in nazi-Duitsland aan de kaak werd gesteld. Mit brennender Sorge was een in het Duits opgestelde encycliek die in 1937 uitkwam en die tijdens de mis van Palmzondag in de Duitse kerken werd voorgelezen. In de encycliek sprak de kerk zich uit tegen de vervolging van de kerk en werd de rassenpolitiek van de nazi’s onder de aandacht gebracht. " Wie het ras, of het volk, of de staat, of de staatsvorm, de dragers van de staatsmacht, of andere zeer voorname waarden van menselijke gemeenschapsvorming, die binnen de grenzen van de aardse ordening een belangrijke en eerbied afdwingende plaats innemen, uit haar aardse waardebepaling losmaakt, ze tot de hoogste van alle waarden, ook van de godsdienstwaarden en in afgoderij vergoddelijkt, die keert de door God geschapen en door God gewilde orde der dingen en vervalst ze." Uit angst voor verbod van publicatie van de encycliek was deze in het geheim naar Duitsland gesmokkeld. De reactie van het regime was fel: alle kopieën werden in beslag genomen, drukkers gearresteerd en de persen in beslag genomen. Ook werd de Kerk gekort in te ontvangen betalingen, zoals bepaald in het Rijksconcordaat. Verschillende priesters werden gearresteerd. Hitler zelf reageerde in een interview met een Zwitserse krant, waarin hij stelde dat het Derde Rijk geen behoefte had aan een samenwerking met de Katholieke Kerk, een indirecte oorlogsverklaring richting het Vaticaanstad. De Duitse geestelijkheid dankte paus Pius XI voor zijn inbreng, die op zijn beurt erop wees dat alle dankbaarheid moest gelden voor Pacelli, de latere Paus Pius XII. Bronnen: Mit brennender Sorge, paragrafen 8 en 11 en Ronald J. Rychlak, artikel naar aanleiding van zijn manuscript Hitler, the War, and the Pope. Dezelfde Paus Pius XII heeft ruim een maand na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in zijn eerste encycliek Summi Pontificatus zich uitgesproken voor ‘de eenheid van het mensdom, zonder onderscheid van cultuur of afkomst’. Ook nam hij stelling tegen de totalitaire staat, die slechts tot chaos zou leiden. Bronnen: Summi Pontificatus, paragrafen 38/39 paragraaf 78. In zijn kerstrede van 1942 verwees Paus Pius XII naar de deportatie van Joden. Dit tot woede van de Duitse diplomaten in Rome en van de Italiaanse fascisten. Hij veroordeelde de vervolging van mensen "zonder enige schuld, alleen om redenen van nationaliteit of ras" door de nazi's. Volgend Reinhard Heydrich, een berucht Nazi-leider, was de paus tot "spreekbuis van de Joodse oorlogsmisdadigers" geworden. Bron: Kerstboodschap van Paus Pius XII, paragraaf 54, 1942. Onder anderen de Joodse historici Pinchas E. Lapide en Antonio Gasparri weerspraken de beschuldigingen dat het Vaticaan ingestemd zou hebben met de genocide op Joden en zigeuners. Bron: Pinchas E. Lapide (1967), Three Popes and the Jews (in Nederlandse vertaling verschenen als De laatste drie pausen en de Joden). Lapide, nochtans bepaald geen vriend van het Vaticaan, achtte Pius XII zelfs de enige autoriteit die echt actie ondernam ter bescherming van de Joden, hoewel voornamelijk in Hongarije, Slowakije en Italië. Hij noemde een aantal van 700.000 à 860.000 Joden dat door de instellingen van het Vaticaan en zijn diplomatieke vertegenwoordigingen (en kloosters) ter plaatse gered is. The pope was instrumental in saving at least 700,000, but probably as many as 860,000 Jews from certain death at nazi hands. Lapide berekende dit aantal door het aantal niet-katholieke Joden af te trekken van het totale aantal Joden dat de Holocaust overleefde. (Bron: Lapide, 1967, p. 269.) De Pave the Way stichting heeft meer dan 46.000 pagina's aan documenten op het web gezet, tezamen met interviews van ooggetuigen.
Na het overlijden van uw voorganger, Paus Pius XII kwamen uit de gehele wereld betuigingen van medeleven, waarin Pius geprezen werd om zijn inzet tijdens de oorlogsperiode. Golda Meïr, de Israëlische ambassadeur bij de Verenigde Naties (later premier van Israël), memoreerde aan het feit dat Pius zijn stem verhief om de vervolgingen te veroordelen. Nahum Goldmann, president van het Joods Wereldcongres, sprak zijn dank uit voor alles wat Pius gedaan had voor de vervolgde Joden tijdens de donkerste periode van de gehele geschiedenis. De Britse premier Harold Macmillan prees Pius om “zijn rol die hij gespeeld had bij de verdediging van onze geestelijke waarden” en de Amerikaanse president Eisenhower sprak over Pius’ uitgesproken afkeer van tirannie. Bronnen: The Holy See vs. The Third Reich, door Ronald J. Rychlak en De Volkskrant, 19 januari 2009 (recensie door Jan Blokker).
Tijdens zijn pontificaat heeft uw directe voorganger, Paus Benedictus XVI zich herhaaldelijk en in niet mis te verstane bewoordingen uitgesproken tegen antisemitisme. Antisemitisme en fascisme staan dan ook haaks op de Christelijke leer van onze Heilige Rooms-Katholieke Moederkerk. Een totalitair regime als Nazi-Duitsland voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog en een gedachtenstroming als het fascisme staat haaks op de principes van Christelijke naastenliefde die de Bijbel en daarmee het Rooms-Katholieke geloof ons leert. Het belangrijkste gebod uit de Bijbel ‘Heb God lief boven alles en Uw naaste als uzelf’ is nu eenmaal niet te rijmen met een gedachtenstroming als het fascisme dat mensen ondergeschikt maakt aan een dictatoriaal leider en diens denkbeelden. Daarnaast was Jezus Christus van Joodse afkomst. De van Joodse origine Jezus Christus is de oorsprong geweest van het Christelijk geloof in Europa en in de rest van de wereld. Het zal te dwaas voor woorden zijn, wanneer door onwetendheid – vaak de oorsprong van veel ellende in de wereld - het volk dat de grootste geestelijke leider van onze westerse religie heeft voortgebracht net zoals tijdens de Tweede Wereldoorlog ooit nog in de huidige of toekomstige tijd met antisemitisme of fascisme te maken zal krijgen.
Van ganser harte wil ik U als mijn Heilige Vader Franciscus hierbij dan ook vriendelijk doch dringend verzoeken om – juist gezien al uw eigen ervaringen met het vroegere dictatoriale regime in Argentinië – net als al U hierboven door mij genoemde voorgangers zich tot het uiterste toe in te spannen om fascisme en antisemitisme zowel in de huidige tijd als in de toekomst te bestrijden en te helpen voorkomen !!!
________________________________________________________________________________________________ De onderstaande brief is namens onze organisatie op 12-02-2013 verzonden aan Zijne Heiligheid, Paus Benedictus XVI. ________________________________________________________________________________________________ Heilige Vader, Graag wil ik hierbij als directeur van het Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) én als privépersoon mijn grote dankbaarheid en respect betuigen voor al hetgeen wat U, Heilige Vader tijdens uw achtjarige pontificaat voor de Rooms-Katholieke (Wereld)Kerk heeft betekend.
___________________________________________________ Reactie BJTWSN op bezoek van zes Tweede Kamerleden aan Auschwitz en Birkenau van 8 tot en met 11 mei en op de beschamende uitglijders van het Nationale 4 en 5 Mei ComitéBJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY
De heer A.L. Cammenga
Directeur Mob.: 06-53427380
E-mail: alcammenga@bjtwsn-hmd.nl
Website: www.bjtwsn-hmd.nl
K.V.K.-dossiernummer 50469460
Aan (via BCC)
- Z.K.H. Prins Carlos de Bourbon de Parme - Alle Fractievoorzitters en Leden van alle Politieke Partijen in de Tweede Kamer - Het College van B&W van de Gemeente Zeist - Alle Fractievoorzitters en Leden van alle Politieke Partijen van de Gemeente Zeist - Alle Joodse belangenorganisaties in Nederland Zeist, 14 mei 2012 Betreft: Reactie BJTWSN op bezoek van zes Tw eede Kamerleden aan Auschwitz en Birkenau van 8 tot en met 11 mei en op de beschamende uitglijders van het Nationale 4 en 5 Mei Comité Geachte mevrouw Smeets, Geachte mevrouw Lodders, Geachte mevrouw Bruins Slot, Geachte heer Van Gerven, Geachte mevrouw Dijkstra, Geachte mevrouw Voortman, Graag wil ik u allen namens onze organisatie ons welgemeende respect overbrengen voor het feit dat u in de afgelopen week van 8 tot en met 11 mei een bezoek heeft gebracht aan de concentratiekampen Auschwitz en Birkenau in Polen in het kader van het Nederlandse beleid voor oorlogsgetroffenen uit de Tweede Wereldoorlog. Hiermee geeft u een belangrijk signaal af aan de Nederlandse samenleving. Namelijk dat de geschiedenis van de Holocaust nooit meer mag worden vergeten en dat de inwoners van Nederland altijd waakzaam dienen te blijven voor de gevaren, die het fascisme en het antisemitisme met zich mee brengen. Naar de mening van onze organisatie dient fascisme en antisemitisme dan ook te allen tijde te worden voorkomen en te worden bestreden. Wij stellen het dan ook zeer op prijs dat u in de afgelopen week de volgende acties heeft ondernomen: • Het leggen van een krans door u op woensdag, 9 mei in het concentratiekamp Auschwitz I voor alle slachtoffers • Het bezoek van u op dezelfde dag aan de Joodse wijk Kazimierz in Krakau • Het leggen van een bloemstuk ter nagedachtenis aan de Nederlandse slachtoffers op donderdag, 10 mei in Auschwitz II-Birkenau • Uw bezoek aan het Schindlers Factory Museum in Krakau Wat wij als organisatie echter absoluut niet waarderen zijn de vele uitglijders, die er op 4 en 5 mei zijn gemaakt door het door de Nederlandse overheid gesubsidieerde 4 en 5 Mei Comité. Wij maken u in dit verband graag attent op: 1. De uitspraak van de president van de rechtbank Zuthpen waarbij er in Vorden geen Duitse soldaten door Nederlandse overheidsfunctionarissen mochten worden herdacht (zie bijlage hieronder); 2. Het incident tijdens de nationale herdenking op de Dam waarbij een gedicht over de Nederlandse oudoom die bij de Waffen SS had gediend, zou worden voorgelezen; 3. De Duitse president die op 4 mei een toespraak hield in Breda in aanwezigheid van het Nederlandse staatshoofd. Gezien haar eigen familiegeschiedenis haar vader was immers lid van de SS en de SA verbaast dit onze organisatie eerlijk gezegd absoluut niet, maar voor de echte slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en hun nabestaanden blijft dit soort gedrag uiterst pijnlijk en ronduit kwetsend. Wat onze organisatie in deze periode onnoemelijk heeft gekwetst en bijzonder onaangenaam heeft getroffen, is het feit dat op deze manier naar onze mening geschiedvervalsing wordt gepleegd. Op Dodenherdenking, 4 Mei dienen de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog te worden herdacht en niet de daders. Begrijp ons goed. Onze organisatie heeft niets tegen de Duitsers op zich en uiteraard al helemaal niet tegen de huidige generatie Duitsers, die absoluut niet verantwoordelijk kan worden geacht voor het naziregime voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Al heeft de Duitse overheid dan nooit erg hard gelopen om de laatste levende Nederlandse oorlogsmisdadiger Klaas Carel Faber uit te leveren aan de Nederlandse overheid. Daarbij dient uiteraard wél te worden opgemerkt dat de Nederlandse overheid in de afgelopen decennia nu ook niet bepaald al te veel inspanningen heeft gepleegd om Nederlandse oorlogsmisdadigers alsnog hun gerechte straf te laten ondergaan. Vaak lijkt het wat ons betreft of met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog er in dit land meer sympathie bestaat voor de daders dan voor de slachtoffers. Is hier soms sprake van boter op het hoofd bij het Nederlandse staatshoofd en de Nederlandse overheid zelf? Ik herinner u nog maar even aan het SS- en het SA-lidmaatschap van de vader van het huidige staatshoofd dat vele jaren door de Nederlandse overheid met man en macht werd doodgezwegen of werd weggewuifd, totdat dit niet langer meer kon worden ontkend. Dit in tegenstelling tot de grootvader van de Nederlandse Prinsen en Prinsessen de Bourbon de Parme, die in het Franse verzet zat en als gevolg daarvan o.a. in Dachau opgesloten heeft gezeten. Maar omdat de Bourbon de Parme tot op de dag van vandaag altijd oprecht het Rooms-Katholieke geloof hebben aangehangen, mochten wij Nederlanders hen immers in de jaren zestig in het toen nog "officieel" Protestantse Nederland niet aardig vinden en dit soort feiten mochten toen dan ook absoluut niet openbaar worden gemaakt. Is het boter op het hoofd bij de Nederlandse overheid soms ook de reden dat er tot op de dag van vandaag nooit openlijke excuses zijn gemaakt vanuit de Nederlandse overheid naar onze Joodse medeburgers en hun nabestaanden toe over de wijze waarop de Nederlandse overheid tijdens de Nederlandse overheid met onze Joodse medeburgers is omgegaan? Wij zijn vanuit onze organisatie van mening dat op Dodenherdenking, 4 Mei niet de daders (de Duitsers), maar de Nederlandse slachtoffers dienen te worden herdacht. Ook vinden wij het niet gepast dat Duitse slachtoffers worden herdacht c.q. dat hoge Duitse functionarissen als spreker worden gevraagd op 4 en 5 Mei. Het is naar de mening van onze stichting onvoorstelbaar kwetsend voor de slachtoffers en hun nabestaanden en het doet geen wezenlijk recht aan de werkelijke historische feiten. Wanneer de Nederlandse overheid persé met betrekking tot de Duitsers toch iets wilt doen om de Tweede Wereldoorlog gezamenlijk te herdenken, dan lijkt onze organisatie de datum van 8 mei hiervoor de juiste datum. Op deze datum gaven de Duitsers zich aan het einde van de Tweede Wereldoorlog immers over. Het is dan ook niet voor niets dat op 8 mei overal in Europa het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa wordt herdacht. Alleen Nederland is weer zo eigenwijs om er een "eigen" datum van 5 mei op na te houden. Alle vermening van herdenking van omgekomen Duitsers en slachtoffers van de Holocaust op 4 mei is juist zeer gevoelig voor de nabestaanden van slachtoffers van de Duitsers in het algemeen en voor de Holocaustslachtoffers in het bijzonder. Waar het gaat om die laatste groep, is Holocaust Memorial op 27 januari als officieel moment van herdenking naar onze mening de juiste waarborg om vermening met Duitsers te voorkomen. Wij verzoeken u allen hier nu eindelijk dan ook eens werkelijk serieus werk van te gaan maken en ervoor zorg te dragen dat Holocaust Memorial Day in de toekomst daadwerkelijk op 27 januari zal worden herdacht. Zoals dit in vele andere landen inmiddels al daadwerkelijk het geval is. Met gevoelens van de meeste hoogachting, BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY Anne Louis Cammenga Directeur ___________________________________________________________________________________________________________________________ LJN: BW4958, Rechtbank Zutphen , 130219 / KG ZA 12-134 Print uitspraak Datum uitspraak: 04-05-2012 Datum publicatie: 04-05-2012 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: De gemeente Bronckhorst mag niet meewerken aan de herdenking van Duitse soldaten in Vorden binnen het kader van de jaarlijkse dodenherdenking op 4 mei. De herdenking kan wel doorgaan in de traditionele vorm. De burgemeester en andere vertegenwoordigers van de gemeente mogen tijdens of na deze herdenking niet langs de Duitse graven lopen. Uitspraak RECHTBANK ZUTPHEN Sector Civiel – Afdeling Handel zaaknummer / rolnummer: 130219 / KG ZA 12-134 Vonnis in kort geding van 4 mei 2012 in de zaak van de rechtspersoon als bedoeld in artikel 2:2 van het Burgerlijk Wetboek FEDERATIEF JOODS NEDERLAND, gevestigd te Amsterdam, eiseres, advocaat mr. H. Loonstein te Amsterdam, tegen de publiekrechtelijke rechtspersoon GEMEENTE BRONCKHORST, zetelend te Hengelo (Gelderland), gedaagde, verschenen in de persoon van de gevolmachtigde ambtenaren de heer P. van Eykel en de heer H.D.J.G. van Woudenberg, advocaat mr. F.B.M. van Aanhold te Zutphen. Partijen zullen hierna FJN en de gemeente genoemd worden. 1. De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding; - het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 4 mei 2012; - de pleitnota aan de zijde van FJN; - de pleitnota aan de zijde van de gemeente. 2. De feiten 2.1. FJN behartigt sinds jaar en dag belangen van joden in Nederland. FJN rekent daar ook onder de bescherming van joodse overledenen, waaronder hun nagedachtenis. 2.2. Al vele decennia organiseert het Vordense 4/5 mei comité (hierna: het comité) op 4 mei de jaarlijkse dodenherdenking op de gemeentelijke begraafplaats in Vorden. 2.3. Het comité heeft zich na de Tweede Wereldoorlog samengesteld uit betrokken Vordense burgers en vult zichzelf sindsdien door coöptatie aan. Het comité mist elke vorm van rechtspersoonlijkheid. Het mag zich verheugen in een kleine jaarlijkse subsidie van de gemeente. 2.4. Dit jaar wil het comité voor het eerst ook Duitse soldaten herdenken die – ongeveer 25 meter verwijderd van het centrale monument - op de Vordense begraafplaats begraven liggen, nadat zij in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog in de nabije omgeving gesneuveld waren bij oorlogshandelingen. 2.5. Het comité streeft ernaar dat de plechtigheid zich zal kenmerken door verbroedering en verzoening tussen diverse groepen van nabestaanden; zo is de nieuwe vorm van de plechtigheid van dit jaar afgestemd met twee Britse families van omgekomen Britse soldaten, die al jaren bij de herdenking in Vorden betrokken zijn. 2.6. De herdenking van Duitse soldaten zou oorspronkelijk een onderdeel van de gehele plechtigheid vormen, maar naderhand is het een vrijwillige optie voor de aanwezigen geworden na afloop van de officiële, in het programmaboekje opgenomen ceremonie om al dan niet mee te lopen langs de graven van de Duitse soldaten; zij zullen er niet van weerhouden worden ook daar bloemen of kransen te leggen. 2.7. Ieder jaar op 4 mei plegen namens de gemeente de burgemeester, één van de wethouders en/of raadsleden aanwezig te zijn bij een dodenherdenking in één van de vele dorpen die samen de gemeente Bronckhorst vormen. Dit jaar woont burgemeester Aalderink de plechtigheid in Vorden bij. 2.8. Traditiegetrouw zal de burgemeester onder het dragen van de ambtsketen ook dit jaar het woord voeren en namens de gemeente een krans leggen bij het monument midden op de begraafplaats, waar de Britse oorlogsgraven liggen en een plaquette de tekst behelst: “Voor hen die vielen”. 2.9. Eerst de afgelopen week is er intensief contact geweest tussen de gemeente en het comité naar aanleiding van de publieke commotie die is ontstaan naar aanleiding van het voornemen van het Vordense comité om ook bij de Duitse doden stil te staan. De gemeente heeft bij monde van de burgemeester laten weten, daarin geen aanleiding te zien om van deelname aan de ceremonie af te zien. 3. Het geschil 3.1. FJN acht het herdenken van Duitse soldaten, die in de Tweede Wereldoorlog hebben gevochten aan de zijde van Nazi-Duitsland, grievend en/of beledigend ten opzichte van (levende en dode) slachtoffers van het Nazi-regime en hun nabestaanden, waaronder vele joden. FJN acht het onrechtmatig jegens haar en degenen wier belangen zij behartigt, dat de gemeente de voorgenomen herdenking van Duitse soldaten op 4 mei 2012 in Vorden binnen het kader van de jaarlijkse dodenherdenking op 4 mei toestaat en/of daaraan meewerkt dan wel zich daarbij laat vertegenwoordigen. 3.2. FJN vordert op die gronden bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, a) de gemeente te verbieden om enige medewerking te verlenen aan herdenking op 4 mei 2012 op haar grondgebied van Duitse soldaten, die in de jaren 1940-1945 aan vijandige zijde hebben gevochten, terwijl de verst strekkende vordering luidt: b) dat de gemeente er voorts alles aan doet om een zodanige herdenking niet te laten plaats vinden, c) kosten rechtens. 4. De beoordeling 4.1. In weerwil van het pleidooi van de gemeente voor niet-ontvankelijk-verklaring van FJN acht de voorzieningenrechter het voorshands aannemelijk dat de statutaire doelstelling strekt tot behartiging van de belangen van joden in Nederland, inclusief de nagedachtenis van joodse overledenen. 4.2. De voorzieningenrechter stelt voorop, dat niet het comité te Vorden hier gedaagde is en dat dus de door dit comité voorgenomen wijze van herdenking zelf niet ter discussie staat. Hooguit kan aan de orde komen of de gemeente ertegen mag en moet optreden dan wel eraan mag medewerken. Evenmin is gebleken van enig besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, dat de voorzieningenrechter zou kunnen onderwerpen aan de gebruikelijke marginale toets, inhoudende: kan een redelijk handelend gemeentebestuur afzien van een verbod dan wel besluiten tot medewerking aan of bijwoning van een dodenherdenking, die ook de herdenking van gesneuvelde Duitse soldaten omvat? Daarmee resteert nog slechts de vraag of feitelijk handelen van de gemeente een onrechtmatige daad oplevert jegens degenen die FJN vertegenwoordigt en welke voorlopige maatregel(en) dit rechtvaardigt. 4.3. Het voert de voorzieningenrechter te ver om de verst strekkende vordering van FJN onder b) toe te wijzen, die neerkomt op een algeheel verbod van de dodenherdenking; dit geldt ook voor de geopperde afsluiting van de begraafplaats of het beletten van bezoeken aan de Duitse oorlogsgraven. In het midden kan dus blijven, of zowel het een als het ander niet een ontoelaatbare inmenging in de vrijheid van de aanwezigen vormt om hun gevoelens bij het verlies van dierbaren, hun compassie met de onvrijwillige slachtoffers, hun bewondering voor het verzet en hun meningen omtrent het oorlogsleed te uiten. Een controverse over wie er openlijk herdacht mogen worden, mag niet leiden tot een streep door de traditionele dodenherdenking. Een dergelijk verbod zou disproportioneel zijn en het is nog maar de – door eiseres ook niet beantwoorde - vraag of de gemeente daartoe – afgezien van een Noodverordening met het oog op serieus te vrezen verstoringen van de openbare orde - überhaupt de bevoegdheden wel heeft. 4.4. Aan de orde is nu dus niet een verbod of andere vorm van niet-toestaan van de voorgenomen brede herdenking, doch slechts de toelaatbaarheid van een vorm van medewerking die erin bestaat dat de gemeente de nieuwe vorm van dodenherdenking bijwoont door zich hierbij door haar burgemeester te laten vertegenwoordigen als spreker en aan het hoofd van de stoet. Onzeker is tijdens de behandeling van het kort geding gebleven of de burgemeester na de ceremonie – weliswaar zonder ambtsketen - naar de Duitse graven zal lopen. Het voornemen lijkt te zijn om daar geen kransen of bloemen te leggen, maar wel de stoet weer aan te voeren, bij de graven het hoofd te neigen en/of de tred in te houden. De mogelijkheid bestaat dan nog steeds, dat de gemeente met haar vertegenwoordiging bij deze nieuwe vorm van herdenking nabestaanden en anderen kwetst, ook al is dat uitdrukkelijk haar bedoeling niet. 4.5. De voorzieningenrechter deelt het oordeel van FJN, dat het onrechtmatig is jegens haar en degenen wier belangen zij poogt te behartigen – te weten de (levende en dode) joodse slachtoffers van het Nazi-regime en hun nabestaanden - dat de gemeente meewerkt aan de voorgenomen herdenking van Duitse soldaten in Vorden binnen het kader van de jaarlijkse dodenherdenking en zich daarbij laat vertegenwoordigen. Herdenking van dode Duitse soldaten kan passend zijn, maar niet op 4 mei en niet in één adem met de herdenking van slachtoffers van het Nazi-bewind, Nederlandse oorlogsslachtoffers en geallieerde soldaten die de Nederlandse bevolking kwamen bevrijden van de macht van de Nazi-bezetters, die mede met behulp van dienstplichtige Wehrmachtsoldaten gewapenderhand gehandhaafd werd. Het mag de gemeente min of meer overkomen zijn, dat het – naar moet worden aangenomen - uit goed bedoelende vrijwilligers bestaande comité plotseling tot een uitbreiding van de traditionele plechtigheid gekomen is, maar zij had zich toch moeten realiseren dat dit niet onmiddellijk – binnen een week na bekend worden ervan - ook bij oudere generaties algehele instemming zou oproepen, temeer nu niets gebleken is van enig streven van verwerving van draagvlak, bijvoorbeeld in de vorm van sondering onder diverse bevolkingsgroepen of een openbare behandeling in de gemeenteraad. 4.6. Veelzeggend acht de voorzieningenrechter in dit verband dat het comité gezegd heeft, pas tot de nieuwe opzet te hebben kunnen komen na het overlijden van de voormalige verzetsstrijders in het comité. Daarmee is impliciet erkend, dat dezen hiermee grote moeite zouden hebben gehad en er moet ernstig rekening mee worden gehouden dat dit dan ook voor hun nabestaanden geldt. 4.7. Ook de opzet waarbij het aan de aanwezigen zelf wordt overgelaten om zich aan het eind van de ceremonie op te splitsen en ofwel langs de gebruikelijke weg huiswaarts te keren ofwel achter de burgemeester en het comité aan langs de Duitse graven te lopen, kan in plaats van de beoogde “verbroedering en verzoening“ niet anders dan tot verwarring en verdeeldheid leiden. In zo’n grote menigte zullen, als enige waarschuwing uitblijft, allicht sommigen gedwee de burgemeester volgen om onverhoeds te bemerken dat ze bij Duitse oorlogsgraven staan. Om dat te voorkomen, zullen dus voorzieningen moeten worden getroffen. 4.8. Deze zullen zich ook tot de burgemeester als burgervader richten: hij zal omwille van de gevoelens van sommige van zijn burgers en burgers elders in Nederland de Duitse graven op de avond van 4 mei 2012 moeten mijden. Afdoen van de ambtsketen baat niet, omdat men niet geloofwaardig als burgemeester de begraafplaats kan betreden en deze als ambteloos burger verlaten. Dit geldt eens te meer voor andere gemeentelijke vertegenwoordigers, die geen keten dragen die ze kunnen afleggen. 4.9. Nu enerzijds de verst strekkende vorderingen van FJN zullen worden afgewezen en anderzijds de gemeente ook niet gevolgd zal worden in haar conclusie tot integrale afwijzing, zullen de proceskosten op de gebruikelijke wijze tussen partijen worden gecompenseerd. 5. De beslissing De voorzieningenrechter 5.1. Gebiedt de gemeente Bronckhorst de volgende maatregelen te treffen bij de dodenherdenking op de gemeentelijke begraafplaats te Vorden op 4 mei 2012: a) geen vertegenwoordigers namens haar een bezoek aan deze Duitse graven te laten brengen, er een krans of bloemen te laten leggen of anderszins te herdenken, b) de aanwezigen uitdrukkelijk op de gelegenheid te wijzen om de begraafplaats te verlaten zonder langs de Duitse graven te komen, c) de aanwezigen te waarschuwen wanneer zij de route naar de Duitse graven inslaan; 5.2. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; 5.3. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt; 5.4. wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door mr. G. Vrieze en in het openbaar uitgesproken op 4 mei 2012. ___________________________________________________________________________________________________________________________
OPENBARE HOMMAGE AAN PRO REPUBLICA DOOR BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY
Pro Republica
T.a.v. het bestuur
Zeist, 22 mei 2012 Betreft: Openbare hommage aan Pro Republica door BJTWSN - Holocaust Memorial Day
Geachte Bestuursleden, Anne Louis Cammenga
CC (via BCC): ___________________________________________________________________________________________________________________________
BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY: GOED NIEUWS: NEDERLANDSE OORLOGSMISDADIGER KLAAS CAREL FABER (90) IS OVERLEDENUNIEUWS ZEIST, di 29-05-12 00:13, BJTWSNHMD (
|
ADHESIEBETUIGING BJTWSN VOOR HET INITIATIEF VAN DE TWEEDE KAMERFRACTIE VAN DE SP OM DE NEDERLANDSE NAZI-OORLOGSMISDADIGER KLAAS CAREL FABER TE LATEN BERECHTEN EN VEROORDEELD TE KRIJGEN TOT LEVENSLANGE OPSLUITING
De stichting Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) wenst hierbij haar openlijke en haar steun uit te spreken voor het initiatief van de Tweede Kamerfractie van de SP om de meest gezocht e Nederlandse nazi-oorlogsmisdadiger Klaas Carel Faber te laten berechten en veroordeeld te krijgen tot levenslange opsluiting.
Faber is momenteel de meest gezochte nazi-oorlogsmisdadiger op de lijst van het Simon Wiesenthalcentrum in Los Angeles. Klaas Carel Faber is tijdens de Tweede Wereldoorlog in Noord-Nederland berucht geworden vanwege zijn werk voor de Sicherheitsdienst (SD). Faber was lid van de Waffen-SS en het Sonderkommando Feldmeijer, berucht vanwege de sluipmoorden van de zogenoemde Aktion Silbertanne. Deze serie moorden werden door het Sonderkommando gepleegd op onschuldige bekende Nederlanders. De acties golden als represaillemaatregel voor aanslagen op vooral Nederlandse collaborateurs. Faber werd aangesteld als Wachtmeester der Staatpolitie in Groningen, waar hij zich uiterst actief betoonde. Ook maakte Faber deel uit van het executiepeloton in Kamp Westerbork. Hij was betrokken bij de executies van tientallen arrestanten in de bossen van Exloo, Westerbork en Norg. Daarbij stond hij erom bekend dat hij zeer geweldig optrad. Ook was hij o.a. deelnemer aan de executies van de verzetsmensen Esmée van Eeghen, Luitje Kremer, Krijn van der Helm en 11 arrestanten op 8 april 1945 in Norg. Ook nam hij deel aan razzia’s, zoals die op 3 maart 1945 in Grijpskerk waar twee onderduikers werden doodgeschoten.
In de rechtszaak tegen hem na de oorlog werd hem het medeplegen van 22 moorden ten laste gelegd. De rechtbank sprak op 9 juni 1947 tegen Klaas-Carel Faber de doodstraf uit wegens ‘hulp aan de vijand’ en ‘meervoudige moord tezamen en in vereniging na kalm beraad en rustig overleg, opzettelijk en met voorbedachten rade van het leven te beroven.’ De straf werd op 14 januari 1948 omgezet in levenslang.
BJTWSN deelt de mening van de in 2005 overleden en voor zijn rechtvaardigheidsgevoel en doorzettingsvermogen terecht wereldberoemd geworden Joods-Oostenrijkse nazi-jager Simon Wiesenthal volledig dat oorlogsmisdadigers gearresteerd en berecht dienen te worden. BJTWSN is oprecht de mening toegedaan dat misdaden tegen de mensheid nooit mogen verjaren en dat misdadigers, die zich aan dit soort misdaden schuldig maken, te allen tijde berecht en veroordeeld dienen te worden. Het (internationaal) recht dient naar de mening van BJTWSN alleen al om humanitaire en democratische redenen altijd te zegevieren, maar zeker in situaties zoals deze, waarbij aan onschuldige slachtoffers onterecht en onrechtmatig op zo’n buitenproportionele wijze leed is aangedaan.
BJTWNS wenst de Tweede Kamerfractie van de SP dan ook heel veel succes toe met haar bijzonder lovenswaardige initiatief om volledig recht te doen aan de nabestaanden van de slachtoffers van deze Nederlandse nazi-oorlogsmisdadiger door ervoor te zorgen dat deze Klaas Carel Faber zijn terechte straf niet zal ontlopen. Gezien het onvoorstelbare leed dat Klaas Carel Faber zowel zijn slachtoffers als hun nabestaanden heeft aangedaan, is het dan ook de oprechte wens van BJTWSN dat de Tweede Kamerfractie van de SP zal slagen in haar doel om het na de Tweede Wereldoorlog door de rechtbank uitgesproken vonnis van levenslange opsluiting voor Klaas Carel Faber alsnog volledig tot uitvoering te laten brengen.
Voor het inwinnen van nadere informatie kunt u contact opnemen met:
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
De heer A.L. Cammenga
Directeur
E-mail: alcammenga@bjtwsn-hmd.nl
K.v.K.-Dossiernummer 50469460
____________________________________________________________________________________________________________
Beste Lezers,
In een vorig e-mailbericht liet ik u weten hoe de Joodse inwoonster Leentje Hamburger uit Alphen aan den Rijn tijdens de Tweede Wereldoorlog uit het bevolkingsregister van de Gemeente Alphen aan den Rijn werd verwijderd, zodat haar prachtige huis door de Duitsers kon worden ingepikt. Leentje Hamburger werd opgesloten in een concentratiekamp opgesloten en kwam daar om het leven. Dit voorbeeld geeft heel goed weer hoe de Nederlandse overheid in die tijd op een afschuwelijke wijze met onze Joodse medeburgers is omgesprongen. Zoals u in het artikel kunt lezen dat u als bijlage bij dit e-mail-bericht aantreft, is de naam van Leentje Hamburger alsnog toegevoegd op het Joods Monument in Alphen aan den Rijn, waardoor haar naam en haar levensgeschiedenis daarmee voorgoed aan de vergetelheid is ontrukt.
Het artikel is mij toegezonden door Koos van Gemeren, Fractievoorziter van de politieke partije Groene Democraten uit
Zeist. Een vriendelijk gebaar dat wij bijzonder op prijs hebben gesteld en waarvoor ik de heer Van Gemeren dan ook namens onze stichting mijn allerhartelijkste dank heb overgebracht.
Het doet ons bijzonder goed om te lezen dat aan deze Joodse medeburger van Alphen aan den Rijn uiteindelijk vele jaren na
de Tweede Wereldoorlog haar identiteit terecht is teruggegeven en dat niet alleen het volslagen falen van de Nederlandse overheid maar ook haar tragische Joodse levensgeschiedenis hiermee volledig wordt erkend. Het artikel is indirect ook een belangrijke waarschuwing tegen fascisme en antisemitisme. Nu en in de toekomst.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY
Anne Louis Cammenga
Directeur
________________________________________________________________________________________________
Zeist, Dodenherdenking, 4 Mei 2012
Beste Lezers,
Op 3 mei jl. ontving ik van Peter Spoelstra een indrukwekkende tekst over zijn bezoek op 29 april jl. aan de nazi-vernietigingskampen Auschwitz en Auschwitz II- Birkenau, waar vele van onze Joodse medeburgers zijn vermoord en waar onnoemelijk is geleden. In het kader van 4 Mei, Dodenherdenking, die zoals elk jaar vanavond in Zeist weer in het Walkartpark plaats zal vinden plaats ik deze tekst graag op onze website. Het is een belangrijke waarschuwing tegen fascisme en antisemitisme. Nu en in de toekomst.
Voor vanavond wens ik allen een inhoudsvolle Dodenherdenking en voor morgen, 5 Mei wens ik u allen een vreugdevolle Bevrijdingsdag toe.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY
Anne Louis Cammenga
Directeur
_________________________________________________________________________________________________
Beste Lezers,
Op dinsdag, 24 april jl. ontving ik van Koos van Gemeren, de Fractievoorzitter van Groene Democraten Zeist een indrukwekkend en bijzonder interessant artikel over hoe een Joodse inwoonster van Alphen aan den Rijn, Leentje Hamburger, die toen zij een heup brak tijdens de Tweede Wereldoorlog en voor herstel in het Elisabeth Gasthuis in Leiden lag, werd uitgeschreven uit het bevolkingsregister van de Gemeente Alphen aan den Rijn.
Uit het artikel dat u ter informatie als bijlage bij dit e-mailbericht aantreft citeer ik als volgt: "Toen de Duitsers de meeste Alphense joden op 30 september 1942 kwamen ophalen, kon Leentje niet mee, omdat ze haar heup gebroken had. Op 6 maart 1943 ging ze alsnog naar Westerbork in een transport dat bestond uit joodse patiënten uit ziekenhuizen en verpleegtehuizen in de omgeving. In Westerbork bracht men haar onder in ziekenhuisbarak 85. Ruim een week later werd ze de trein ingedragen en vertrok ze naar Sobibor. Als de trein daar drie dagen over gedaan heeft, is ze daar meteen na aankomst op zaterdag 20 maart 1943 vermoord. Oude mensen en gehandicapten gingen niet naar de gaskamer, maar werden op een plat treinstel op een smalspoor naar een groeve gereden, waar ze werden doodgeschoten. Leentje Hamburger werd uitgeschreven zodat haar mooie huis aan de Stationsstraat 43 snel door de Duitsers kon worden ingepikt. Een getuigenverklaring uit die tijd zegt hierover het volgende: "Vanaf ons balkon keken we direct in de achtertuin van mevrouw Hamburger. Een paar dagen later stond ik op het balkon en tot mijn verbijstering zag ik Duitse officieren in de tuin zitten.?? Leentje Hamburger had natuurlijk nooit uitgeschreven mogen worden voor een ziekenhuisopname". Wij gedenken in eerbied de Alphense Joden die de Duitse bezetter heeft weggevoerd en vermoord?, luidt de tekst op het Joods Monument nabij het Raoul Wallenbergplein. Daar hoort Leentje Hamburger dus bij.
Vanwege het feit dat wij over acht dagen op 4 mei bij Dodenherdenking de slachtoffers gedenken, die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen en de dag daarna op 5 Mei Bevrijdingsdag vieren wil ik u dit artikel dan ook beslist niet onthouden. Naar onze mening blijft het van groot belang zowel nu als in de toekomst fascisme en antisemitisme te voorkomen en te bestrijden en continue lering te blijven trekken uit het verleden. De bekende schrijver en historicus Jaap ter Haar heeft dit op de volgende wijze prachtig verwoord: "Een volk dat zijn geschiedenis niet kent, zweeft gevaarlijk doelloos naar de toekomst". Wij kunnen hem vanuit onze organisatie daar alleen maar volkomen gelijk in geven.
Namens onze organisatie wens ik u allen op 4 en 5 mei een betekenisvolle Dodenherdenking en een in alle opzichten goede Bevrijdingsdag toe.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
BJTWSN - HOLOCAUST MEMORIAL DAY
Anne Louis Cammenga
Directeur
Artikel: Joodse inwoonster Alphen aan den Rijn uitgeschreven uit bevolkingsregister
Tags: leger des heils, liederen, zingen
Beste Lezers,
Vandaag (08-03-2012) ontving uw directeur een persoonlijke uitnodiging van het Leger des Heils voor een Gospelzangbijeenkomst op zondag, 18 maart a.s. om 17.00 uur in het gebouw van het Leger des Heils op de Weeshuislaan 30 in Zeist. Uw directeur heeft het management van het Leger des Heils laten weten dat hij met veel genoegen bij deze bijeenkomst aanwezig zal zijn.
Met vriendelijke groet,
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Mob.: 06-53427380
E-mail: alcammenga@bjtwsn-hmd.nl
Website: www.bjtwsn-hmd.nl
K.v.K.-Dossiernummer 50469460
CIDI
De heer R.M. Naftaniel
Directeur
Postbus 11646
2502 AP DEN HAAG
Zeist, 22 januari 2012
Betreft: Vriendelijk verzoek om aanvullende informatie
Geachte heer Naftaniel,
Graag wil ik u hierbij vriendelijk verzoeken om nadere toelichting op uw uitspraak voor de televisie tijdens het journaal dat de meerderheid van de Nederlandse Joodse bevolking niet in het maken van excuses door de huidige Nederlandse overheid is geïnteresseerd.
Zoals u weet heeft de afgelopen weken de discussie gespeeld rondom het maken van excuses door de huidige Nederlandse overheid voor de lakse rol van de Nederlandse overheid in ballingschap gedurende de Tweede Wereldoorlog met betrekking tot de Jodenvervolging. De PVV heeft – zoals u weet – onder leiding van haar fractievoorzitter, de heer G. Wilders en haar fractielid, de heer R. de Roon om dit doel te bereiken vragen gesteld aan de Minister-President, de heer M. Rutte, die dit verzoek heeft afgewezen. Uw mening hierover werd verzocht als directeur van het CIDI en tijdens een interview voor het journaal gaf u te kennen dat het maken excuses goed kan zijn om een stuk nationaal verleden op een goede manier af te sluiten, maar dat de meerderheid van de huidige Nederlandse Joodse bevolking na al die tijd niet meer in deze excuses is geïnteresseerd.
Wat mij nu interesseert is het volgende. Waar baseert u deze uitspraak op? Heeft u hiernaar onderzoek verricht? Of een enquete gehouden onder de huidige Nederlandse Joodse bevolking, waarin u de huidige Joodse bevolking in Nederland de vraag heeft voorgelegd of zij wel of niet in excuses door de huidige Nederlandse overheid zijn geïnteresseerd? Hoe heeft u dit gemeten? Heeft u hiervoor wetenschappelijke bronnen geraadpleegd? Zo ja, welke bronnen?
Zelf ben ik vanuit mijn eigen organisatie bijzonder geïnteresseerd op uw antwoorden op mijn bovenstaande vragen. Zeker gezien de openlijk gevoerde discussie omtrent het maken van excuses door de Nederlandse overheid, die de afgelopen weken heeft gespeeld. Uw antwoorden op mijn hierboven gestelde vragen zie ik dan ook – onder mijn hartelijke dankzegging voor alle door u in deze te nemen moeite – met grote belangstelling tegemoet.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Het Feest van het Licht
Op de sabbat, als het gezin zich rond de tafel schaart, worden de sabbatslichten ontstoken. Dan wordt het oude verhaal verteld van de eerste sabbatsdag, toen God ging zitten genieten van het werk van zijn handen.
En ook dat andere verhaal wordt verteld, van de grote sabbatsdag, die wij verwachten aan het einde der tijden. Iets van de vrede van dan, daalt al neer. Israël droomt van een groot feestmaal dat God eens zal aanrichten op zijn heilige berg, voor joden én heidenen, voor alle volken. Bij God te gast vieren zij hun saamhorigheid op Gods heilige tempelberg. Dan zal het altijd sabbat zijn.
Ons wacht een feestmaal, gelooft Israël en door toedoen van een joodse timmermanszoon uit Nazaret, die als geen ander leefde uit de Tora, verspreidde zich deze droom onder de heidenen.
Ons wacht een feestmaal geloven nu ook wij, met Israël
Zeker, over Jezus ontwikkelden joden en christenen verschillende gedachten. De wegen gingen uiteen: er geschiedde een verschrikkelijk ongeluk. Maar over dat verschrikkelijke ongeluk met alle verschrikkelijke gevolgen wil ik het vandaag niet hebben. Ik wil het ook niet hebben over wat joden en christenen scheidt. Vandaag willen ik het hebben over wat ons bindt. Dat is ook veel en veel meer dan wat ons scheidt.
Ons bindt de droom van het feestmaal op Gods heilige tempelberg. Als de Messias komt, zegt Israël. Als de Messias wederkomt, zegt de christenheid.
En nu geen ruzie maken, in God naam geen ruzie maken! Het is de grote messiaanse droom die ons bindt, de rest lijkt mij bijzaak. Saamhorig aan tafel, bij God te gast, zingen over het feestmaal dat ons wacht.
Een joods lied zegt het zo:
‘Rebbe, wat gebeurt er als de Messias zal komen?
Als de Messias zal komen, zullen wij een feestmaal maken.
Wat zullen wij op dat feestmaal eten?
De aardos en de leviathan, dat mensenverslindende oermonster uit de diepten der zee, zullen wij op dat feest eten. Er komt een tijd dat hij niet langer ons opeet, maar wij hem!
Wat zullen wij drinken op dat feest?
De wijn van de verlossing zullen wij op dat feest drinken.
Wie zal ons de Tora leren?
Mozes, onze leraar, zal ons de Tora leren.
Wie zal voor ons spelen, Rebbe?
Koning David zal voor ons spelen.
Wie zal ons wijsheden vertellen?
Koning Salomo zal ons wijsheden vertellen.
Wie zal voor ons dansen?
De profetes Mirjam zal voor ons dansen.
Koning Salomo zal ons wijsheden vertellen, koning David zal voor ons spelen, onze leraar Mozes zal ons de Tora leren en de aardos en de leviathan zullen wij eten.
Het joodse Chanoekafeest dat jaarlijks in december wordt gevierd, heeft met het christelijk kerstfeest gemeen dat het en lichtfeest is.
In het diepst van de duisternis vieren mensen van oudsher de terugkeer van de zon, de bevrijdende komst van het licht dat het aanzien van de aarde vernieuwt.
Met Kersfeest vieren mensen al 2000 jaar de geboorte van een mens die bevrijder en Licht-der-wereld wordt genoemd.
Tijdens Chanoeka vieren mensen in Israël de overwinning van het lichtende woord van de Tora in de nacht van ontheiliging en onderdrukking.
Wereldrijken komen, wereldrijken gaan. Het Assyrische, het Perzische, het rijk van Alexander de Grote. Door Israëls profeten worden ze met verscheurende beesten vergeleken. Hun heersers worden aangeklaagd als goden die de samenleving van de mensen ontwrichten met hun recht-van-de-sterkste. ‘Koning is Hij alleen’, wordt er in Israël gezongen. En met ’Hij alleen’ wordt bedoeld de God die de Tora gegeven heeft waarin het recht van de zwaksten beschreven staat. Zo anders is die God!
Wij schrijven 180 jaar vóór de geboorte van Jezus. Het joodse land is niet meer dan een provincie van het Syberisch-Hellenistische rijk. Antiochus is koning. De geldstukken die zijn beeltenis dragen, signeert hij met Teros: God is hij. Nee, roept Israel. ‘Hij alleen is God.’
Aan geldverslindende oorlogen is Antiochus een vermogen kwijt geraakt. Hij verhoogt daarom de belastingen en verkoopt het ambt van hogepriester aan de meest biedende. Collaborerende joden vechten om de eer. Het Syrische leger valt Jeruzalem binnen. De tempel wordt leeggeroofd, de sabbat verboden.
Dan dooft het licht!
In een onaanzienlijk plaatsje, even buiten Jeruzalem, komt de dorpspriester Mattatja in opstand. In de bergen begint hij met zijn vijf zonen een guerrilla tegen de bezetters. Het arme plattelandsvolk begrijpt wat de elite in Jeruzalem ontgaat: dat alles op het spel staat! Zal de Tora in Israel en daarmee in de wereld blijven bestaan. De Tora waarin het recht van de armen is verankerd en waarin gedroomd wordt van een feestmaal van vrijheid, gelijkheid en broederschap? Of accepteren we de willekeur, de cultuur van de bezitters die niet van ophouden weten, die geen sabbat kennen en geen andere horizon hebben dan hun bezit te vermeerderen? Mag er op Gods aarde een samenleving zijn die niet volgens zijn beginselen is geordend, maar volgens een levensleer die niet de arme, de weduwe en de wees, de vreemdeling eerbiedigt en laat leven?
Mattatja trekt ten strijde. ‘Wie onder alle goden is als Hij’, betekent zijn naam. Dat zijn ook de eerste woorden van het bevrijdingslied dat de kinderen van Israel onder aanvoering van Mirjam zongen, toen ze door het water van de Rode zee waren getrokken.
Na vier jaar guerrilla geschiet het wonder: de legioenen van Antiochus geven het op! De tempel wordt gereinigd en weer ingewijd. De legende wil dat de grote gouden kandelaar toen acht dagen gebrand heeft, terwijl er nog maar voor één dag olie was.
Daarom branden er op het feest van Chanoeka acht vlammen ten teken van de overwinning van het licht van de Tora. Het visioen van een wereld in gerechtigheid is gered. Op het bevrijdingsfeest van Chanoeka wordt dát gevierd.
180 jaar later wordt Jezus van Nazaret geboren. Door zijn leven en sterven heeft de Tora ook het hart geraakt van enkelen uit de wereld van de heidenen. Zo is de Tora ook hun levensleer geworden en de bevrijdende God van Israël ook hun God. Dat vieren zij met Kerst. Ook een bevrijdingsfeest dus.
De geboorte van Jezus vindt plaats in de dagen van een machtig despoot, koning Herodes, die spot met de Tora van het volk waarover hij heerst. Hij, de vijand van de Tora, probeert de pasgeborene, die de Tora volbrengen zal en wereldwijd hekenbaar wordt, bij de wortel af te snijden. De Farao is weer eens uit de doden opgestaan. Antiochus herleeft in Herodes, de geschiedenis herhaalt zich en zal zich blijven herhalen.
Hoe lang nog vragen wij ons vandaag af. Wanneer breekt de messiaanse tijd aan?
Het kind ontkomt. Nooit is Israëls licht gedoofd. Nooit is het woord van de Tora tot zwijgen gebracht. De duisternis heeft het licht niet overmocht! Ouden dromen hun dromen en jonge mensen zien visioenen van vrede en gerechtigheid. Ons wacht een feestmaal. Hoe lang nog Heer?
Maar terwijl wij wachten, vieren we het feest van het licht, het feest van het Licht der wereld, van het licht dat nooit is gedoofd.
Wij blijven geloven, wachten en liefhebben. Wij blijven het licht verspreiden en doorgeven tot het feestmaal begint en wij mogen aanzitten aan de tafel van onze Heer. Amen.
_______________________________________________________________________________________________________
Beste Lezers,
Op woensdag, 30 november jl. ontving uw directeur en daarmee BJTWSN het vriendelijke verzoek van Mevrouw J.M. (Julie-Marthe) Cohen van het Joods Historisch Museum (zie e-mailbericht hieronder) om mee te werken aan een komende expositie met als onderwerp: Joden en koningshuis. Uiteraard heeft uw directeur direct enthousiast zijn medewerking hiervoor toegezegd. Een zeer grote stapel met informatie is reeds door hem aan Mevrouw Cohen verzonden. De heer Dr. H.Ph. Vogel, zoals u weet nauw betrokken bij Pro Republica en een bekend wetenschapper heb ik inmiddels benaderd en om zijn medewerking verzocht. De heer Vogel heeft mij direct toegezegd eveneens graag zijn medewerking aan deze komende expositie te zullen verlenen. Uiteraard zal ik u over de verdere ontwikkelingen rondom deze komende expositie en over onze medewerking hieraan met veel genoegen nader blijven informeren.
Met allerhartelijkste groeten,
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
________________________________________________________________________________________________
Van: Julie-Marthe Cohen [mailto:Julie-Marthe Cohen]
Verzonden: woensdag 30 november 2011 9:43
Aan: ‘alcammenga@casema.nl’
Onderwerp: joden en koningshuis
Geachte heer Cammenga,
Ik vond uw organisatie op het Internet, zag ook dat deze wordt ondersteund door het JHM.
Ik ben bezig met onderzoek voor een tentoonstelling over de relatie tussen de joodse gemeenschap in Nederland en het Huis van Oranje (planning opening 2013). Op het internet las ik dat uw organisatie onderzoek doet naar de houding van het Nederlandse koningshuis jegens de joden voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Vanzelfsprekend ben ik hierin buitengewoon geïnteresseerd en zou ik graag meer willen weten over dit onderzoek. Kunt u me hierover meer informatie toesturen en zullen we een telefonische afspraak maken?
Met vriendelijke groet,
Julie-Marthe Cohen
conservator
Joods Historisch Museum/
Jewish Historical Museum
P.O.B. 16737
1001 RE Amsterdam
info@jhm.nl
www.jhm.nl
tel. + 31 20 53 10 355
________________________________________________________________________________________________
Beste Lezers,
Zoals u weet heb ik de oudste zoon en de overige familieleden van de in juli overleden Zijne Keizerlijke en Koninklijke Hoogheid, Aartshertog Otto von Habsburg-Lothringen namens de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) onze oprechte deelneming betuigd met het verlies van hun vader en grootvader. Zijne Keizerlijke en Koninklijke Hoogheid, Aartshertog Karl von Habsburg, het huidge Hoofd van het Huis Habsburg-Lothringen heeft hierop gereageerd met de vriendelijke brief, die u hieronder aantreft.
Wij wensen Zijne Keizerlijke en Koninklijke Hoogheid, Aartshertog Karl von Habsburg en alle overige leden van zijn familie heel veel sterkte en al het goede toe in deze voor hen zo’n moeilijke tijd.
Met vriendelijke groeten,
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Reactie van landelijk SP-Fractielid Harry van Bommel naar aanleiding van overlijden Celine van der Hoek – de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
24 oktober 2011 om 18:57 | Geplaatst in Uncategorized | Plaats een reactieAnne Louis Cammenga
Antonlaan 432
3701 VT ZEIST
Tel.: 030-6939412
Mob. 1: 06-53427380
Mob. 2: 06-33685255
E-mail: alcammenga@casema.nl
SP Fractie Zeist
T.a.v. de heer P.W. Duquesnoy
Fractievoorzitter
Postbus 513
3700 AM Zeist
Zeist, 24 oktober 2011
Betreft: Reactie van landelijk S’P-Fractielid Harry van Bommel naar aanleiding van overlijden Celine van der Hoek – de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
Geachte heer Duquesnoy,
Zoals zojuist telefonisch met u afgesproken zend ik u en alle overige leden van de SP-Fractie van de Gemeente Zeist ter informatie de correspondentie van de afgelopen weken toe tussen de heer H. (Harry) van Bommel, Fractielid van de landelijke SP-Fractie en mijzelf naar aanleiding van het overlijden van mijn lieve vriendin, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN, Celine van der Hoek-de Vries. Zij is geboren op 13 februari 1920 en overleden op 30 september jl.
Ter informatie zend ik dit e-mailbericht en de correspondentie aan al degenen, die mij in het verleden in welk opzicht dan ook eveneens ter zijde hebben gestaan in mijn streven om de informatieverstrekking aan Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden te bevorderen en te verbeteren en fascisme en antisemitisme te bestrijden en te voorkomen. Net zoals ik de SP voor haar hulp buitengewoon erkentelijk ben, geldt dit namelijk uiteraard ook voor alle andere policiti en politieke partijen, die mij in het verleden in welk opzicht dan ook terzijde hebben gestaan.
Het heeft mij persoonlijk als vriend van Celine bijzonder goed gedaan dat de heer Van Bommel aandacht aan haar overlijden heeft besteed op zijn persoonlijke Weblog. Ook was het voor mij interessante aanvullende informatie dat Celine bijzonder betrokken is geweest bij het werk van de SP in Amsterdam vanuit een sterke klasse-analyse. Dit was voor mij volkomen nieuw.
Uiteraard wist ik dat Celine maatschappelijk en politiek uiterst actief was en dat zij in vele organisaties participeerde met als doel het bestrijden en voorkomen van fascisme en antisemitisme. Maar dat zij naast al deze activiteiten ook nog actief betrokken was het werk van de SP in Amsterdam, wist ik absoluut niet. Het onroert mij als haar vriend diep dat zij na het overleven van het concentratiekamp Auschwitz en na haar moeilijke strijd om als Joods Tweede Wereldoorlogsslachtoffer haar leven na de oorlog weer op te bouven zij zich vervolgens zo actief en zo enorm actief heeft kunnen en willen inzetten op maatschappelijk en politiek gebied. Wat doorzettingsvermogen en positief denken betreft is zij – net als mijn in 2009 overleden moeder – zonder meer een groot en inspirerend voorbeeld en ik ben God/Jahweh zelf dan ook enorm dankbaar dat deze beide vrouwen als inspirerend voorbeeld mijn levenspad hebben gekruisd.
Het heeft mij als vriend van Celine na haar overlijden dan ook bijzonder goed gedaan dat de heer Van Bommel mij heeft laten weten dat de oud-Amsterdamse-SP-bestuurders en hijzelf een schriftelijke blijk van medeleven zullen doen toekomen aan Celines dochter Ans en haar overige familieleden.
In het verleden heeft uw voorganger, Mevrouw J. (Jeanette) de Jong als toenmalige Fractievoorzitter van de SP-Fractie van Zeist zich in woord en daad ingezet om voor mij gegevens boven water te krijgen over Joodse dierbaren van mijn moeder, Hermina Cammenga-Damen, die uiteindelijk in de concentratiekampen Sobibor en Auschwitz bleken te zijn overleden, boven water te krijgen. Haar oprechte betrokkenheid, hartverwarmende vriendelijkheid en grote inzet resulteerde er uiteindelijk in dat ik alle informatie voor mijn moeder in handen heb gekregen, zodat zij nog vóór haar overlijden in 2009 te weten is gekomen wat er met haar Joodse dierbaren is gebeurd. Ook ontving ik uiteindelijk dankzij Mevrouw de Jong haar grote inzet een brief met schriftelijke excuses namens de Nederlandse Politie.
Daarnaast heeft uw vroegere landelijke Fractievoorzitter, de heer J. (Jan) Marijnissen – net als vrijwel alle overige landelijke fractievoorzitters – mij schriftelijk gesteund met een hartverwarmende adhesiebetuiging in het kader van de 4 en 5 Mei herdenking en het herdenken de Jodenvervolging, die aan duidelijkheid niets te wensen overliet.
Ook met Jeanette de Jong haar opvolger Jan Voogd en met u heb ik steeds goede en steeds plezierig verlopende contacten mogen onderhouden over het belang van het herdenken van 4 en 5 Mei en over het bestrijden en voorkomen van fascisme en antisemitisme. Gezien deze constructieve en positieve contacten wil ik u deze correspondentie tussen het landelijke SP-Fractielid, de heer H. (Harry) van Bommel en mijzelf dan ook beslist niet onhouden.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
Anne Louis Cammenga
—– doorgestuurd bericht ———
Onderwerp: Re: RE: RE: In Memoriam: Celine van der Hoek ? de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
Datum: di, 11. okt 2011
Van: Anne Louis Cammenga
Beste Harry,
Mijn hartelijke dank voor uw vriendelijke e-mailbericht en voor de link naar uw weblog, die u mij heeft gemaild. Dit filmpje kende ik nog niet van Celine. Het doet mij dan ook veel genoegen dat ik thans dit filmpje alsnog heb kunnen zien.
Zoals u weet zal ik Celine als mens en als directeur van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) enorm gaan missen. Niet alleen droeg zij mijn organisatie en haar doelen een heel warm hart toe; zij was voor mij voor alles een hele goede, lieve vriendin en ik betreur het dan ook enorm dat zij er thans niet meer is. Ik voel mij echter gesterkt door alle goede, fantastische herinneringen die ik aan haar heb. Zij zal dan ook altid een heel speciaal plekje in mijn hart blijven innemen.
Het doet mij bijzonder veel genoegen van u te mogen vernemen dat vanuit de afdeling Amsterdam een reactie naar haar familie zal worden verzonden. U zult de familie daar een groot plezier mee doen in deze voor hen zo´n moeilijke tijd en ik ben er van overtuigd dat Celine dit zelf bijzonder op prijs zou hebben gesteld.
Met vriendelijke groet,
Anne Louis Cammenga
—– originele bericht ——–
Onderwerp: RE: RE: In Memoriam: Celine van der Hoek ? de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
Verzonden: ma, 10. okt 2011
Van: Bommel van H.
Beste Anne Louis,
Het maakte wel wat los, uw verhaal. Daarom heb ik zelf ook een in memoriam geschreven op mijn weblog. Dat heeft ook wat reacties losgemaakt. U leest het allemaal hier:
http://harryvanbommel.sp.nl/weblog/2011/10/09/in-memoriam-celine-van-der-hoek/#respond
Vanuit de afdeling Amsterdam sturen we ook een reactie naar de familie. Iedereen heeft een eigen en bijzondere herinnering aan haar.
Met een groet,
Harry van Bommel
Van: Anne Louis Cammenga [alcammenga@bjtwsn.org]
Verzonden: zondag 9 oktober 2011 16:47
Aan: Bommel van H.
Onderwerp: Re: RE: In Memoriam: Celine van der Hoek ? de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
Geachte heer Van Bommel, Beste Harry,
Mijn allerhartelijkste dank voor uw reactie, die ik zowel als goede vriend van Celine van der Hoek – de Vries en als directeur van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) bijzonder op prijs heb gesteld.
Het doet mij met name bijzonder goed van u te vernemen dat u enkele bestuurders, die in het verleden betrokken zijn geweest bij het werk van de SP in Amsterdam, op de hoogte heeft gesteld van het overlijden van de door mij als mens en als directeur bijzonder gewaardeerde Celine. Naar mijn mening verdient zij het namelijk in alle opzichten dat de mensen in Nederland – zeker nu zij er niet meer is – stil staan bij haar leven en bij haar inzet voor politieke en maatschappelijke organisaties, waarbij haar oprechte liefde en respectvolle betrokkenheid voor haar medemensen bij haar steeds voorop heeft gestaan. Bij een overlijden wordt vaak – of je het wilt of niet – toch vaak door de directe familie of door andere nabestaanden vergeten een aantal mensen te informeren over iemands heengaan. Nu worden gelukkig dankzij u ook haar vroegere medebestuurders over haar heengaan geïnformeerd. Mochten u en uw vroegere medebestuursleden besluiten de familieleden schriftelijk uw medeleven gaan betuigen – het adres vindt u op het overlijdensbericht, dat ik als bijlage bij mijn e-mailbericht heb meegezonden – dan ben ik er van overtuigd dat een dergelijk gebaar door Celines dochter Ans en haar overige familieleden alleen maar bijzonder op prijs zal worden gesteld.
Graag maak ik van deze gelegenheid gebruik u, uw fractievoorzitter, de heer Roemer en al uw overige mede-fractieleden veel succes toe te wensen bij al uw werkzaamheden voor de landelijke SP-Fractie in deze zo moeilijke economische tijd.
Met vriendelijke groet,
Anne Louis Cammenga
—– originele bericht ——–
Onderwerp: RE: In Memoriam: Celine van der Hoek ? de Vries, Auschwitzoverlevende en Voorzitter van de AFVN – Geboren op: 13 februari 1920 – Overleden op: 30 september 2011
Verzonden: zo, 09. okt 2011
Van: Bommel van H.
Beste Anne Louis Cammenga,
In Celine verliezen we een bijzondere persoonlijkheid met een uniek verhaal. Ze was ook een tijd lang betrokken bij het werk van de SP in Amsterdam vanuit een sterke klasse-analyse. Ik heb daarom ook enkele bestuurders van weleer ingelicht over haar overlijden. Veel dank voor de attendering.
Met vriendelijke groet,
Harry van Bommel
Goede contacten tussen overleden Aartshertog Otto von Habsburg en Anne Louis Cammenga, Company Secretary en latere Directeur BJTWSN in Bunschoten-Spakenburg
24 oktober 2011 om 15:51 | Geplaatst in Uncategorized | Plaats een reactieDankzij de Zakenvrouw van het Jaar 1999, Lia van den Berg van Van den Berg en Partners en dankzij de tussenkomst van destijds Europarlementariërs Carla Peijs en Arie Oostlander van de CDA/EVP-Fractie voor Nederland in het Europees Parlement heb ik in de functie van company secretary in 1995 en 1996 intensieve contacten mogen onderhouden met de Aartshertog ten behoeve van een liefdadigheidsproject ten behoeve van de kinderen van Bosnië en Croatië. De intelligentie, charme, charisme, hoffelijkheid en oprecht betrokken medemenselijkheid van de Aartshertog is mij altijd bijgebleven. Toen Aarthertog Otto von Habsburg op 30 januari 1996 Bunschoten-Spakenburg was ik de gehele dag zijn persoonlijk begeleider en vertaler; een ervaring die ik mijn leven lang niet meer zal vergeten. Tijdens deze dag zijn er een groot aantal foto’s gemaakt van de Aartshertog en mijzelf. De Aartshertog was zo vriendelijk deze te signeren. Ook in de boeken, die hij in de loop der jaren heeft geschreven en die in de loop der tijd in mijn bezit waren gekomen, schreef de Aartshertog vriendelijke en soms ook heel humoristische persoonlijke boodschappen.
Er was veel pers op de been. De Lokale Omroep Spakenburg (LOS) maakte een verslag van het bezoek van de Aartshertog. Beelden hiervan treft u via een You Tube filmpje onder dit artikel aan. Gedurende het gehele filmpje ziet u mij naast de Aartshertog staan. Ook zijn moeder, Keizerin Koningin Zita van Oostenrijk-Hongarije stuurde mij tijdens haar leven een prachtige foto van haarzelf via haar hofdame, Baronesse Plappard. Het moge duidelijk zijn dat de foto’s van de Aartshertog en de Keizerin Koningin een prominente plek innemen op de vensterbank in mijn huiskamer.
Dankzij de bemiddeling van de Aartshertog ben ik in contact gekomen met de wereldberoemde Nazihunter Simon Wiesenthal. Het Simon Wiesenthal Instituut heeft mij diverse malen met schiftelijke informatie en steunbetuigingen ondersteund, waar ik echt veel aan heb gehad. Na de dood van Simon Wiesenthal ontving ik van zijn dochter, Paulinka Kreisberg een bijzonder hoffelijk en vriendelijk bedankkaartje, dat u eveneens onder dit artikel aantreft. Voor dit oprecht betrokken meedenken en deze daadwerkelijke hulp zal ik zowel de Aartshertog als Simon Wiesenthal mijn leven lang dankbaar blijven.
In dit You Tube filmpje treft u de Aarsthertog en mijzelf aan tijdens zijn bezoek op 30 januari 1996 in Bunschoten-Spakenburg, waar ik hem de gehele dag als zijn persoonlijk begeleider heb mogen vergezellen.
http://www.youtube.com/embed/R34H3ca8Tpg?feature=player_embedded"Tevens treft u hierbij de bedankkaart aan, die ik van Paulinka Kreisberg heb ontvangen na het overlijden van haar vader, Simon Wiesenthal op 20 september 2005.
Wat mij in de Aartshertog altijd als goede herinnering bij zal blijven is vóór alles toch zijn oprechte betrokkenheid, waardigheid – je voelde in alles dat hij de zoon van een keizer en keizerin was – hartveroverende charme en warme, vriendelijke medemenselijkheid, die hij steeds in zijn leven naar vele anderen en naar mijzelf toe heeft getoond. Ik zal de Aartshertog dan ook mijn leven lang nooit meer vergeten en altijd een dankbare en dierbare herinnering aan hem blijven bewaren.
Met gevoelens van de meeste hoogachting,
BELANGENORGANISATIE VOOR JOODSE TWEEDE WERELDOORLOGSSLACHTOFFERS EN HUN NABESTAANDEN (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Op zondag, 2 oktober jl. werd uw directeur – net toen hij op het punt stond om naar een kerkdienst te gaan – gebeld door de dochter van Celine van der Hoek – de Vries dat haar moeder op vrijdag, 30 september jl. om 09.15 uur ‘s ochtends was overleden. Na haar dochter met het moeders overlijden te hebben gecondoleerd en haar te hebben verzekerd bij haar moeders uitvaartplechtigheid aanwezig te zullen zijn, legde ik de hoorn neer om te overdenken van Celine voor de BJTWSN en voor mij persoonlijk heeft betekend. Op donderdag, 6 oktober heeft in Zaanstad de crematieplechtigheid plaatsgevonden. Na afloop heeft uw directeur de nabestaanden namens de BJTWSN zijn oprechte deelneming betuigd met dit grote verlies en veel sterkte voor de komende tijd toegewenst. Ook waren er vertegenwoordigers van andere organisaties aanwezig, zoals de Anti Fascistische Oud Verzetsstrijders Nederland/Bond van Antifascisten, de Nederlandse en Duitse Fédération Internationale des Résistants/Association Antifasciste, het Comité Mauthausen en de Stichting Kindermonument.
Het levensverhaal van Celine van der Hoek – de Vries heeft altijd een diepe indruk op mij gemaakt. Voor de Tweede Wereldoorlog had haar moeder een winkeltje in de alom bekende Amsterdamse Jodenbuurt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft Celine, die zelf net als haar familie van Joodse afkomst was, meegemaakt hoe haar moeder en broer werden afgevoerd. Zij zijn vermoord. Celine kreeg – zoals andere concentratiekampgevangenen een nummer op haar arm getatoeëerd. Haar nummer was A-25236. Allerlei verschrikkingen heeft zij in het kamp Auschwitz – waar zij op 24-jarige leeftijd in terecht is gekomen – meegemaakt. Tot driemaal toe werd zij bij de sterken geselecteerd. Daarover zei zij zelf: “Ik heb geluk gehad”. Uiteindelijk werd zij bevrijd door het Rode Leger van de Sowjet Unie. Zij woog toen nog maar 24 kilogram. Toen zij uiteindelijk met veel pijn en moeite in Amsterdam terugkwam, bleek dat al haar familiebezittingen al door anderen waren “overgenomen” en dat zij geen verdere familie meer had. Al haar bezittingen was zij kwijt en van de Nederlandse overheid – die zelf naar de Joodse bevolking toe zo’n uiterst dubieuze rol heeft vervuld – kreeg zij slechts drie maanden een uitkering. Daarna moest zij zichzelf maar zien te redden.
Zij werd zangpedagoge en koordirigent om zichzelf in haar eigen levensonderhoud te kunnen voorzien en was daarnaast actief in verschillende organisaties. Zo werd Celine in 2006 voorzitter van de Anti Fascistische Oud Verzetsstrijders Nederland/Bond van Antifascisten. Als mede vertegenwoordigster van het Kindermonument in Amsterdam deed zij een appèl aan iedereen om ervoor te zorgen dat de moord op de Joodse kinderen zich nooit meer mag herhalen voor de nu levende kinderen, waar ook ter wereld, van welk ras, van welk geloof dan ook. Ook zette zij zich in om op scholen in zowel Nederland als Duitsland over de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog te vertellen en te waarschuwen tegen het gevaar van het fascisme. Waar mogelijk was zij aanwezig bij belangrijke herdenkingen. Tot op het laatst bleef zij actief en midden in het leven staan. Niet alleen het bestuur van de Anti Fascistische Oud Verzetsstrijders Nederland/Bond van Antifascisten, maar ook de directie van de Belangenorganisatie van Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) in Zeist profiteerde van haar goede raad en haar onschatbaar waardevolle bron van kennis. Zij was met recht “een wandelende encyclopedie” en had een uitstekend geheugen.
In 2008 bezocht de zéér omstreden Nazi-collaborateur en de door Adolf Hitler gefêteerde zanger Johan Heesters het theater De Flint in Amersfoort, Veel Tweede Wereldoorlogsslacht-offers, die zich aan dit bezoek stoorden, hebben tegen dit bezoek geprotesteerd. In deze periode ontstond de waardevolle, goede, persoonlijke vriendschap tussen Celine en uw directeur, die tot op de dag van haar overlijden heeft geduurd. Ook ontstond in deze periode de goede samenwerking tussen de AFVN/BvA en BJTWSN. Namens de BJTWSN heb ik toen allerlei nationale en internationale Joodse organisaties benaderd om de AFVN/BvA en de BJTWSN te ondersteunen in haar protest tegen de komst van Johan Heesters naar Amersfoort. Nog steeds ben ik dankbaar dat de BJTWSN daadwerkelijk een positieve, belangrijke bijdrage aan dit protest heeft kunnen leveren. Samen met Celine woonde ik in de Amersfoortse St.-Aegtenkapel op 16 februari 2008 het ‘muzikale tegengeluid’ bij. Op deze avond werd door een orkest dat bestond uit vier Joodse musici muziek gespeeld van in de oorlog omgebrachte Joodse componisten. Na afloop van dit concert schreven deze 4 Joodse musici zowel voor Celine als voor mijzelf in het dikke, prachtige geïllustreerde concertprogrammaboek een persoonlijke boodschap. Net zoals dit boek een prominente plaats in mijn boekenkast inneemt, zo bewaar ik een goede en dierbare herinnering aan mijn contacten met Celine.
Wat ik enorm in Celine heb bewonderd is dat zij na alle verschrikkelijke gebeurtenissen, die zij zelf tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt, niet verbitterd is geraakt. Zij weigerde ook altijd om het Duitse volk als geheel verantwoordelijk te stellen voor de Tweede Wereldoorlog of om de huidige generatie daar op aan te spreken. Of zoals zij het zo prachtig tegen mij verwoordde: “Niet het Duitse volk, maar de Duitse Nazileiders van voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog dienen verantwoordelijk te worden gesteld voor de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust”. Deze bewonderingswaardige houding van Celine blijkt trouwens ook uit het feit dat zij altijd met volle overtuiging en met volledig respect naar haar medemensen toe o.a. Duitse scholen heeft bezocht om de huidige Duitse generatie haar kennis en ervaringen over te dragen van de Tweede Wereldoorlog.
Ook toonde Celine respect naar andere mensen en hun geloofsovertuigingen toe. Celine was lid van de Communistische Partij Nederland en was niet gelovig. Zij was als kind wel opgevoed met het Joodse geloof door haar moeder, maar zelf “had zij daar niets mee en deed zij daar dus niets aan”. Celine wist echter dat ik zelf kerkelijk meelevend ben en dat ik een andere politieke richting ben toegedaan. Wij zijn daarin ook altijd volkomen eerlijk naar elkaar toe geweest, maar daar was in onze vriendschappelijke relatie dan ook steeds volledig de ruimte voor. Onze verschillende politieke en religieuze overtuigingen hebben in onze relatie nooit een struikelblok gevormd. Wij vonden elkaar in de eerste en belangrijkste plaats namelijk altijd als MENS en in onze gemeenschappelijke strijd tegen fascisme en antisemitisme.
Persoonlijk heb ik Celine als een trouwe en hartverwarmende lieve vriendin leren kennen. Nooit zal ik vergeten hoe zij mij trots opbelde om mij te vertellen dat haar achterkleinzoon Bram – nu bijna 1 jaar oud – was geboren. Wat was zij toen blij en dankbaar. Helaas heeft zij de geboorte van haar tweede achterkleinkind niet meer mee mogen maken.
Uiteraard zal ook nooit vergeten hoe zij de begrafenisdienst van mijn moeder, Hermina Cammenga – Damen op 15 september 2009 heeft bijgewoond. Zij was als allereerste in de PKN-Kerk van Maarn aanwezig en zou als één van de laatsten pas weer vertrekken. Samen met mij nam zij voorafgaand aan de dienst voor de laatste maal afscheid van mijn opgebaarde moeder en zij troostte mij toen ik het op dat moment te kwaad had. Celine nam mij op dat moment in de armen en sprak de volgende, voor mij onvergetelijke lieve woorden: “Denk eraan, lieve Anne Louis, je bent nu je moeder kwijt, maar je hebt vanaf nu er een Joodse moeder bij. En je weet wat dat zeggen wilt. Want – geloof mij – geen betere moeder, dan een Joodse moeder.”
Naast de vele gesprekken, die Celine met mij heeft gevoerd, had zij uiteraard ook contact met mijn moeder. Beide dames deelden dan o.a. hun ervaringen over de door hen beiden ondervonden verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog met elkaar uit en waren het beiden roerend met elkaar eens dat de slachtoffers blijvend moesten worden herdacht. Als zoon stemt het mij dankbaar en gelukkig dat mijn moeder net zoals ikzelf eveneens altijd een goed en fijn contact met Celine heeft gehad.
De vele telefoongesprekken met Celine zal ik nooit vergeten. Wat heb ik veel van haar historische kennis geleerd. Ook hield zij tot aan haar dood de dagelijkse actualiteit bij en bleef zij van alle politieke ontwikkelingen op de hoogte. Telefoongesprekken met Celine duurden al snel van 19.00 uur tot 01.30 uur. Maar de tijd vloog voorbij en wij genoten beiden intens van deze gesprekken. Zij was dan ook altijd onderhoudend, levendig en sprankelend in haar conversatie en je leerde er steeds weer wat op menselijk of maatschappelijk gebied bij.
Als hommage aan het leven en de werken van Celine van der Hoek – de Vries citeer ik hierbij graag de wereldberoemde geworden Eed van Buchenwald.In een herdenkingsplechtigheid op 19 april 1945 herdachten de gevangenen van het concentratiekamp Buchenwald na de bevrijding hun gedode medegevangenen en legden zij de Eed van Buchenwald af. Deze eed luidt:
“Wij zweren! …wij staken de strijd eerst wanneer ook de laatste schuldige voor het gerecht van de volken staat! Ons parool is de vernietiging van het nazidom met al zijn wortels! De opbouw van de nieuwe wereld van vrede en vrijheid is ons doel! Dat zijn we aan de vermoorden, hun familie schuldig!”
De BJTWSN wil niet dat de slachtoffers van de Holocaust en alle andere slachtoffers van de Naziterreur ooit zullen worden vergeten. De BJTWSN zal zich dan ook blijven inzetten om de informatieverstrekking aan o.a. Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden te blijven bevorderen en te verbeteren. Ook zal de BJTWSN zich blijven inzetten om nationaal en internationaal fascisme en antisemitisme te voorkomen en te bestrijden. De BJTWSN zal dit – waar dit maar in haar mogelijkheid ligt – doen door middel van kennisoverdracht en via de verschillende soorten mediakanalen. Dit is mijns inziens de beste en mooiste hommage die aan Celine van der Hoek – de Vries en aan alle andere slachtoffers van de Holocaust kan worden gegeven.
Met bemoedigende groet,
BELANGENORGANISATIE VOOR JOODSE TWEEDE WERELDOORLOGSSLACHTOFFERS EN HUN NABESTAANDEN (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur

DIT E-MAILBERICHT IS SEPARAAT AAN DE REDACTIE VAN KRO BRANDPUNT VERZONDEN
Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Antonlaan 432
3701 VT ZEIST
Tel.: 030-6939412
Mob.: 06-33685255
E-mail: alcammenga@casema.nl
KRO Brandpunt
T.a.v. de heer A. van Liempt
Zeist, 3 oktober 2010
Betreft: Schriftelijke reactie aan KRO Brandpunt, Ad van Liempt naar aanleiding van het programma De Jodenjagers van Nijmegen
Geachte heer Van Liempt,
Hierbij wil ik u graag mijn grote respect en dankbaarheid betuigen voor dit steengoede programma. Helaas herken ik het hele verhaal vanuit mijn eigen familieervaringen, toen ik op zoek ben gegaan naar gegevens over Joodse dierbaren van mijn moeder, die uiteindelijk in Sobibor en Auschwitz vermoord bleken te zijn. Uiteindelijk heb ik zelfs schriftelijk excuses gehad van de Nederlandse Politie, maar voordat dit zover was ben ik geestelijk en emotioneel door een hel heen gegaan. Het heeft mij jaren gekost om de gewenste informatie boven water te krijgen. De reden dat dit zo moeilijk was, kwam omdat één van de Joodse families, die mijn moeder goed kende tijdens de Tweede Wereldoorlog door Nederlandse Politiebeambten waren opgepakt en op de trein naar Westerbork waren gezet. Uiteindelijk werden de beide families, waarover ik voor mijn moeder informatie opvroeg, met de trein verder vervoerd naar Sobibor en Auschwitz, waar velen van hen zijn overleden. Uiteindelijk heeft mij dit ook schriftelijke excuses van de Nederlandse Politie opgeleverd (zie bijlagen). Na vele jaren zoeken en vechten – er werden over mijn geval uiteindelijk zelfs commissievragen gesteld in de Gemeente Zeist – kwam alle informatie voor mijn moeder boven water. Toen ik haar uiteindelijk de informatie kon overhandigen over wat er met haar Joodse dierbaren is gebeurd, viel er een last van haar af.
Daarna heb ik – vanuit deze eigen familieervaring – de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) opgericht. Mijn organisatie is erkend door de Nederlandse overheid en een door mij in samenwerking met een aantal Joodse belangenorganisaties opgestelde lijst, die slachtoffers in staat stelt om “via de voorkant” sneller op het juiste loket te komen, is opgenomen in alle Digitale WMO-loketten en via het Nederlandse Genootschap van Burgemeesters en via de Vereniging van Nedelandse Gemeenten over heel Nederland uitgezet. Ook is deze lijst opgenomen in het Nationaal Archief en staat mijn organisatie vermeld in De Gids en in de Gemeentegids van de Gemeente Zeist.
Ik kan u niet vertellen hoe dankbaar ik ben dat het echte verhaal over de rol van de Nederlandse Politie nu eindelijk wordt verteld, zodat aan de Joodse Tweede Wereldoorlog hiermee tenminste voor een gedeelte recht wordt gedaan.
Gezien de houding waarmee de Nederlandse overheid ook nu nog met haar verleden omgaat, toont zij bij voorkeur de houding van “Wir haben es nicht gewusst und wir wollen es nicht wissen”. Tekenend in dit verband is dan ook dat bijvoorbeeld Holocaust Memorial Day en de Bevrijding van Auschwitz in tegenstelling tot vele andere landen in Nederland nog steeds niet officieel wordt herdacht en ook niet is opgenomen in de officiële Nederlandse jaarkalender. Dit in tegenstelling tot nota bene een resolute van de Verenigde Naties, waar Nederland officieel lid van is, die de herdenking van Nationaal Memorial Day en van de Bevrijding van Auschwitz aan haar leden oplegt.
Kortom: het was hoog tijd dat dit programma er kwam en zowel vanuit mijn eigen familiegeschiedenis als vanuit mijn positie als directeur van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden dank ik u en uw team vanuit de grond van mijn hart voor het openbaar maken van de werkelijke houding en rol van de Nederlandse Politie tijdens de Tweede Wereldoorlog. U heeft daarmee een onvoorstelbaar belangrijke bijdrage geleverd aan de totstandkoming van een eerlijke geschiedschrijving over de Holocaust in Nederland. Waarvoor mijn grote respect en mijn diepe, diepe, persoonlijke dankbaarheid !!!
Met gevoelens van de meeste hoogachting
BELANGENORGANISATIE VOOR JOODSE TWEEDE WERELDOORLOGSSLACHTOFFERS EN HUN NABESTAANDEN (BJTWNS)
Anne Louis Cammenga
Directeur
Bijl.: 1
___________________________________________________________________________________________________________________________
Uitnodiging voor concert van Neva Ensemble uit Sint Petersburg van Leger des Heils in Zeist
9 januari 2012 om 11:18 | Geplaatst in Uncategorized | Plaats een reactieTags: leger des heils, neva
____________________________________________________________________________________________________________________________
Brief van de heer W.M. Paul, Ambassadeur van Oostenrijk 12-07-2011
Brief van de heer W.M. Paul, Ambassadeur van Oostenrijk van 12-07-2011 als reactie op de condoleances namens de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) in verband met het overlijden van Z.K.K.H. Aartshertog Otto von Habsburg aan zijn nabestaanden, de Oostenrijkse regering, de Oostenrijkse ambassadeur en het gehele Oostenrijkse volk.
_______________________________________
Van: Andreas.DE-VALK@bmeia.gv.at [mailto:Andreas.DE-VALK@bmeia.gv.at]
Verzonden: dinsdag 12 juli 2011 12:42
Aan: alcammenga@bjtwsn.org; alcammenga@casema.nl
Onderwerp: E-mail van Oostenrijkse Ambassadeur
GZ: Den-Haag ÖB/POL/0159/2011
Den Haag, 12 juli 2011
Onderwerp: uw e-mail d.d. 6 juli 2011
Geachte heer Cammenga,
Hierbij wil ik mijn dank uitspreken voor de deelneming die u mij op 6 juli jl. per e-mail getuigde naar aanleiding van het heengaan van de heer Otto von Habsburg eerder deze maand.
Ik heb de ook namens uw organisatie IJSWVS gestuurde brief inmiddels doorgeleid naar Wenen, aangezien uw condoleances immers uitdrukkelijk ook gericht zijn aan de Oostenrijkse regering en het Oostenrijkse volk.
Met vriendelijke groet,
Wolfgang M. Paul
(ambassadeur)
Letter of Condolences to the Family of His Imperial and Royal Highness Archduke Otto von Habsburg, the Embassador of Austria, the Government of Austria and to all Austrians
His Imperial and Royal Highnes
Archduke Karl of Austria
and all other members of the Habsburg family
Austrian Embassy in The Hague
Mr Dr. W. Paul
Ambassador of Austria
van Alkemadelaan 342
2597 AS Den Haag
Zeist 6 July 2011
Re: Letter of Condolences to the Family of His Imperial and Royal Highness Archduke Otto von Habsburg, the Ambassador of Austria, the Government of Austria and to all Austrians
Your Imperial and Royal Highness,
Your Excellency,
Devastated and still in shock after reading the news of the death of His Imperial and Royal Highness, Archduke Otto von Habsburg I want to send you both, the government of Austria and the Austrian people my sincere condolences because of his death.
As long as I live I will always be grateful for everything the Archduke has meant to me personally. Thanks to the business woman of the year 1999, Lia van den Berg of Van den Berg en Partners (see enclosure) and to Carla Peijs and Arie Oostlander, members of the CDA/EVP-party in the European Parliament on behalf of The Netherlands I have got a lot of personal contact as a company secretary with Archduke Otto von Habsburg during a promotional charity project in order to help the children of Bosnië and Croatië in 1996. When Archduke Otto von Habsburg did visit Bunschoten-Spakenburg on 30 January 1996 I was his personal accompanist and translator during this whole day. As long as I live I will never ever forget his charisma, intelligence, kindness and humanity which he has shown to all people around him during this day. As long as I live I will treasure the signed photos of the Archduke and myself and of course I will also treasure the books he has written and which he has signed for me also. He was also so very kind to write a personal message for me in the books which he has written and which he have handed over to me on several occasions. I also treasure the personal portrait of Her Imperial and Royal Majesty, Empress Queen Zita of Austria Hungary, which she was so kind to send to me by way of her Lady in Waiting, Baroness Plappard, when the Empress Queen and her Lady in Waiting were living in the convent of Klosters in Switzerland. Empress Queen Zita of Austria Hungary was born a Princess of the Royal House of Bourbon de Parme and is therefore related to many royal houses in Europe. The portraits of Her Imperial and Royal Majesty and of the Archduke will remain on the window-ledge of my living-room in my apartment in Zeist always. She will always remain my Empress Queen and he will always remain my Prince. I will never forget them both.
Thanks to Archduke Otto von Habsburg I got in contact with the word famous Nazi hunter Simon Wiesenthal, who has helped me on several times in a very great way. After the death of this courageous, admirable Simon Wiesenthal I have got a very beautiful thank you card from his only daughter. After his death I have got help from the Simon Wiesenthal Institute in Israel and New York on several occasions. Without the help and support of Archduke Otto von Habsburg this would not have been happened and I will always be grateful for him for his initial help.
Of course I have always had the greatest admiration for the behaviour of Archduke Otto von Habsburg before and during the Second World War. It shows his political insight that many years before the war the Archduke has warned against the destructive influence of Adolf Hitler and against the “Anschluss” of Austria with Germany before the Second World War. Because the Archduke didn’t want to cooperate with the Nazi’s Hitler sentenced him to death and the Archduke, his Imperial and Royal Mother and all other members of the Habsburg family were forced to flee to Canada and the U.S.A. During the Second World War the Archduke and his Mother did everything they could to help the Austrian people. What I admire most in the characters of Her Imperial and Royal Majesty, the Empress Queen Zita and Archduke Otto von Habsburg it that they never have felt any bitterness of anger for the fact that they were forced to leave Austria after the First World War in 1918. They always remained loyal to Austria and there was love, sympathy and respect for their people in their hearts only. Undoubtedly it was the strength of their Christian faith which have helped them during their whole life.
Although I am devastated and very sad about this great loss of Archduke Otto von Habsburg I am also very grateful for the good things he has done for so many people and for myself and I am really convinced that his deep Christian faith, his humanity and his sincere faith in the fall of the totalitarian regimes like fascism and communism and in a united Europe will always be a very great inspiration for present and future generations.
May God bless, help and guide your Imperial and Royal Highness, your family, your Excellency, your government and last but certainly not at least the Austrian people during this very difficult time. In the next few days the whole world will have to say goodbye forever to this very kind, honest, noble, gentle human being and representatives of one of the oldest Imperial and Royal families of Europe, but I am convinced that his good charity works will not be forgotten and that his positive and inspirational historical achievements will never be faded away from our world history books.
Yours Faithfully,
Interest group for Jewish Second World War Victims and their survivors (IJSWVS)
Anne Louis Cammenga
Director
____________________________________________________________
Het is nu inmiddels al weer 11 dagen na de nationale Dodenherdenking op 4 mei jl. Inmiddels zijn al een aantal bloemstukken in opdracht van de Gemeente Zeist verwijderd bij de drie monumenten in Zeist, omdat de meeste bloemstukken begonnen te verdorren en uit elkaar zijn gaan vallen. Gelukkig is het bloemstuk dat ik als privé-persoon ter nagedachtenis aan alle Joodse dierbaren van mijn in 2009 overleden moeder, Hermina Cammenga-Damen, die in Sobibor en Auschwitz zijn omgekomen en als directeur van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWSN) voor alle Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers bij het Joods Monument heb neergelegd nog steeds volledig intact. De Gemeente Zeist heeft dit bloemstuk dan ook uiteraard niet verwijderd en het bloemstuk is dan ook nog steeds te bezichtigen bij het Joodse Monument. Bloemen: een schitterend levend symbool om alle alle Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers te herdenken !!!
Het enige bloemstuk dat nog is overgebleven bij het Joodse Monument is het bloemstuk van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden (BJTWNS)
Op woensdag, 4 mei jl. vond de jaarlijkse Dodenherdenking ‘s avonds om 19.20 uur in het Waljart-park in Zeist plaats. Om 19.20 uur vertrok de stille tocht onder begeleiding van het indrukwekkende slagwerk van Drumfanfare Jonathan naar het park. Als nabestaande werd ik in de stoet direct achter het college van Burgemeester en Wethouders in de stoet ingedeeld. In het park vond eerst een welkomstwoord plaats door de voorzitter van het 4 en 5 mei Comite Zeist, de heer Martin Slootweg. Vervolgens hield de heer J.J.L.M. Janssen, de Burgemeester van Zeist een toespraak. Een indrukwekkende voordracht werd daarna gehouden door Afghanistan Veterane Floortje van Riet, die over haar ervaringen als militair in Afghanistan vertelde. Onvoorstelbaar hoe deze jonge vrouw al zoveel levenservaring als bagage met zich mee kan nemen en het was dan ook ontroerend hoe zij haar ervaringen als oud-veteraan onder woorden wist te brengen. Daarna werd op een fraaie, goed gearticuleerde wijze door Emelie Korteweg, leerling van het Christelijk Lyceum een gedicht voorgedragen. Om 20.00 uur werd de Last Post gespeeld en werden er twee indrukwekkende minuten stilte in acht genomen. Er werden kransen gelegd bij het Zeister Herdenkingsmonument. Het ontroerde mij zeer toen mijn naam door Alie Alberts Secretaresse van de Burgemeester en lid van het 4 en 5 mei Comite als nabestaande werd omgeroepen. Samen met slechts een andere nabestaande mochten wij na het College van B&W een krans neerleggen bij het Zeister Herdenkingsmonument. Als hommage aan mijn vader Jillert Cammenga legde ik vervolgens direct na het College van B&W een bloemstuk met linten neer bij het Indische Monument en als hommage aan alle dierbaren in het leven van mijn moeder Hermina Cammenga-Damen, die in Sobibor en Auschwitz zijn overleden, een bloemstuk met linten bij het Joods Monument. Het was – meer nog dan in de voorgaande jaren – een waardige, plechtige, serene Dodenherdenking, die diepe indruk op mij heeft gemaakt. Zeker ook door mijn eigen familiegeschiedenis. Een familiegeschiedenis die mij altijd zal inspireren om mij in te blijven zetten tegen fascisme en antisemitisme en voor de Joodse Tweede Wereldoorlogslachtoffers en hun nabestaanden. Hieronder volgt een fotoimpressie, die u een goede indruk zullen geven van de Dodenherdenking van woensdag, 4 mei jl. Een ding is voor wat mijzelf als mens en als directeur van de Belangenorganisatie voor Joodse Tweede Wereldoorlogslachtoffers en hun nabestaanden in ieder geval absoluut zeker: de Joodse slachtoffers mogen nooit worden vergeten en de lessen van de Tweede Wereldoorlog dienen hoe dan ook te worden doorgegeven aan de huidige en toekomstige generaties. Want zoals de bekende schrijver en professor Jaap ter Haar het terecht zo goed onder woorden heeft gebracht “Wie zijn verleden niet kent, zweeft gevaarlijk doelloos naar de toekomst” . Alleen door de bereidheid om van het verleden te leren, kunnen immers fascisme en antisemitisme in de toekomst worden voorkomen.
Anne Louis Cammenga, Directeur BJTWSN
____________________________________________________________________________________________________________________________
Brief Wilhelmina inzake Kamp Westerbork 14 maart 1939
____________________________________________________________________________________________________________________________